De sympathieke en oprecht bescheiden familie Hoogland

3. Doniawerstal

Hoe ziet Friesland er uit rond 1750, als ons verhaal begint? We zitten in de overgang van Willem IV en Willem V en Friesland heeft de populaire Marie-Louise van Hessen-Kassel als regentes. De economie (en de bevolking) van Friesland is net aan het groeien na bijna een eeuw stilstand door hoge belasting en rampen zoals overstromingen en de veepest van 1714.

Friesland is overwegend agrarisch en het landschap is veel waterrijker dan nu. Er zijn nog talloze meren en moerassen die in later eeuwen zijn drooggemalen. Dat geldt vooral in het gebied waar we de Hooglands tegenkomen, rond Langweer, rond de Langweerderwielen en het Koevordermeer, in de grietenij Doniawerstal.


Klik aan voor een grotere versie

Als in 1749 de nieuwe belastingheffing 'de quotisatie' wordt vastgelegd staat de vader van Wytze, Hans Eilerts, geregistreerd als 'sobre boer' in St. Nicolaasga. De vader van Ymkje, Klaas Karstes, staat geregistreerd als 'welgestelde boer' in Dijken. Hans wordt aangeslagen voor 20 caroliguldens (de munteenheid van die tijd) en Klaas voor 49.

De komende generaties zullen de families zich bewegen tussen St. Nicolaasga, Idskenhuizen, Teroel, Dijken, Langweer en Boornzwaag.
Jelle Hoogland is de eerste die een paar kilometers verder gaat kijken, eerst in Woudsend, later in Sneek.

Langweer
Langweer

Het gebied rond Langweer is rond 1750 vooral nat. Langweer is tot 1856 zelfs alleen via het water te bereiken. Dan wordt de weg naar St. Nicolaasga aangelegd en wordt de moerassige grond afgewaterd en worden er bossen geplant. Ondanks het feit dat Langweer niet de grootste plaats is en ondanks de matige bereikbaarheid is Langweer altijd de hoofdstad van Doniawerstal geweest. Het gemeentehuis stond er en op donderdag werd er recht gesproken en was er de markt, één van de weinige verzetjes in die tijd.

St. Nicolaasga was groter. In 1788 werd er het volgende over geschreven:

'St. Niklaasga, ten Noordoosten van Tjerkgaast, is een der grootste Dorpen deezer Grieteny, en bestaat uit drie en dertig Boereplaatsen, en verdere wooningen. De kerk, een koepel torentje hebbende, is gebouwd in 1720, doch zeer vervallen. De meeste ingezetenen van dit Dorp zyn van den Roomsch-Katholyken Godsdienst. De buurtjes de Ryl en de Hongerschar behooren ook onder hetzelve. […] Weleer werd hier, des Zondags na Pinkster, eene jaarmarkt gehouden, die in 1774 is afgeschaft, om datze nu en dan veele wanorders en bykans nooit eenig weezentlyk nut te wege bragt. Over 't algemeen is de grond zandig en hoog, doch ten Noorden laag en onvruchtbaar. Ten Zuiden, naar Doniaga, heeft ook de tegenwoordige Grietman, met eenige andere Ingezetenen, eene Polder aangelegd van 426 Pondemaaten lands, van welke men zich met den tyd veel goeds beloofd.'

St. Nicolaasga
St. Nicolaasga

 

Idskenhuizen is een dorp dat net als St. Nicolaasga op iets hoger liggende zandgrond ligt. (Hoog-land, Zand-stra?). In 1788 schreef men:

'dit Dorpje is niet groot van omtrek, doch heeft by de kerk eene maatige Binnenbuurt: 'er zyn maar zeven Boereplaatsen, en veel land is tot bosch aangelegd.'

Jelle Hoogland is hier geboren, net als overigens Egbert Douwes die in 1753 in Joure een winkel opende in 'koloniale waren'. Zijn zoon, Douwe Egberts zou het uitbreiden en zich meer gaan toeleggen op koffie, thee en tabak.

Idskenhuizen
Groeten uit Idskenhuizen

Boornzwaag is een prachtig dorpje met aan de ene kant veel water en aan de andere kant bos. Siebren Annes Hoogland heeft hier met zijn gezin gewoond.

Dijken en Teroele zijn niet meer dan gehuchten, enkele boederijen, meer niet, zelfs nu nog terwijl het door de ligging aan de meren met prachtige bossen dichtbij een ideaal vakantieoord zou kunnen zijn.

Boornzwaag
Boornzwaag

In deze omgeving boeren onze voorouders. Welk boerenbedrijf ze uitvoeren weet ik niet. Friesland is vanoudsher een melkveegebied maar er werden in die tijd ook aardappelen, vlas en chicorei verbouwd.

Zoals gezegd was de vader van Wytze een 'sobre boer'. Wat dat precies inhoudt weet ik niet maar het lijkt erop dat hij zelfstandig boer was. Als pachter weliswaar want het meeste land was eigen dom van de adel en de kerk.

Wytze was echter pas de derde zoon zodat hij het bedrijf van zijn vader niet zal overnemen. Ten tijde van zijn huwelijk kwamen hij en Ymkje van Ypecolsga, iets verderop. Dat zou erop kunnen wijzen dat hij werkte en inwoonde bij een ander boerenbedrijf, in die tijd vrij normaal.

Een aantal van hun kinderen is geboren in Dijken, waaruit we kunnen opmaken dat ze bij de ouders van Ymkje hebben ingewoond. Wytze en Ymkje zijn beiden overleden in Langweer.